In de praktijk zie je vaker dat er rondom overwegen meerdere objecten (container, keet, machines) in de nabijheid van overwegen worden weggezet die het zicht van de machinist en van het overige verkeer ontneemt. De spoorweg wet regelt in artikel 36 het uitzicht langs de spoorbaan en voor openbare wegen in hoofd- en lokaalspoor buiten de bebouwde kom. Op basis van deze wet zijn er regels opgesteld die gelden voor alle (onbeveiligde en beveiligde) openbare overwegen.
Uitzichtlijnen zijn bedoelt om weggebruikers enerzijds en spoorweggebruikers anderzijds bijtijds zicht op elkaar te bieden. Er wordt daarbij voor de trein uitgegaan van een minimale zichttijd van 20 seconden, de maximale zichtlengte vanaf de overweg langs het spoor bedraagt 500 meter.
Zichtlijnen bij een actief beveiligde overweg (de afstanden gelden, indien er meerdere sporen naast elkaar liggen, ten opzichte van het buitenste spoor. Het gebied wordt gevormd door de ruit die aan weerszijden 10 meter over het spoor en 30 meter over de weg loopt.
Zichtlijnen bij een niet actief beveiligde overweg (de afstanden gelden, indien er meerdere sporen naast elkaar liggen, ten opzichte van het buitenste spoor. Het gebied wordt gevormd door de ruit die aan weerszijden 500 meter over het spoor en 11 meter over de weg loopt.
Houd bij het plaatsen van materialen en gereedschappen altijd rekening met bovenstaande gegevens en bij voorkeur plaats je deze niet bij overwegen.
Ga met elkaar in gesprek over het volgende:
Als je de volgende keer twijfelt of materialen en gereedschappen wel op voldoende afstand staan check dan deze toolbox in de Dura Vermeer SAVE app.